Gedicht 4 “De blokkade”

De blokkade

Ze is almaar moe en ontevreden,
Een man die bij haar wil zijn, maar belangrijker is toch de schijn.
Haar kinderen ver van haar vandaan.
Ze denkt, ach laat ook maar: ik red het zelf wel. Ze heeft er schijt aan.

Hij is altijd de slimme, de betere man en vader,
Dat moet ook, dat is zijn taak
Alleen mensen die hem daarin prijzen
Mogen blijven.
Als de rest het niet begrijpt, dan mogen ze gaan
dan zij het zo, hij heeft er schijt aan.

Zij is boos over de oneerlijkheid en onrecht
Om haar heen ziet ze het continu en daarom het gevecht
Ze verlangt naar de waarheid, maar op dit moment kan ze er niet mee omgaan
Maak het niet erger, dat punt is al bereikt
Op dit moment kan ze er niet mee omgaan,
De energie is er niet, ze heeft er schijt aan.

Hij is de ondernemer, altijd bezig, vooruitdenkend en vrolijk,
Van binnen onzeker en voelt hij zich niet gehoord
Hij kan niet anders dan doorgaan, ook al gaat zijn slaap en rust eraan
Hij weet het ook wel ergens, maar heeft er schijt aan.

Ze weet wat haar droom is en welke weg ze moet inslaan
Toch houden angst en onzekerheid haar daar vandaan
Ze vindt zichzelf niet goed genoeg, niets waard
Geen naam, geen titel of iets aantoonbaars

Aan een ander wil je alles geven, waar je maar kan
Maar je zelf gun je niets, zelfs geen gezond verstand
Geluk komt bij doorzettingsvermogen, gewoon doorgaan
Ook al is het zonde, ik heb er schijt aan.


Geplaatst

in

door

Tags: