Gedicht 5 “Wintervlokjes”

Wintervlokjes, ze dwarrelen zacht
Ik voel ze in mijn gezicht
Ze zijn koud en vederlicht
Dit is de dag waarop ik heb gewacht
Gewacht op de helderheid van de weg, die wordt weerkaatst
Door zonlicht die achter de wolken vandaan komt
In mij is er nog een beetje boosheid dat gromt
Ik weet nog dat ik viel, ik was altijd laatst
De benen en het lijf doen het werk
Ze verstijven niet meer van een verassing
Het wil zich uitvinden en gaat mee in de vernieuwing
Het durven zeggen, omarmen, samen met jou voel ik sterk
Sterk is het gevoel, als iemand je begrijpt en ziet
Die net zo veel pijn heeft gekend
Op een andere manier, maar net zo ongeremd
Het aanstaan, bekennen, uitschreeuwen, zorgen dat het weg gaat; het verdriet
Als het diepe water, het is niet meer gevaarlijk, daar
Buiten, in de menigte met vreemden
Iedereen weet het en wil elkaar maar kneden
Het is maar ontevredenheid, dat is pas waar
Wat waar is, is vaak niet aan de oppervlakte
Het is als ijs-sneeuw het water vertroebelt
Als je liefde zoekt en dan iemand vertroetelt
De behoefte aan boos zijn, zie je als zwakte
Wat je verdient, is onvoorwaardelijke bescherming
Tegen de onjuiste angsten en schuldgevoel
Als iemand je wil helpen, door je haren woelt zonder eigen doel
Kan je het niet geloven en vraag je om bevestiging 
Zwakte als je boosheid hebt, is niet slecht
Alleen jij weet de waarheid
Door het te omarmen, kom je dichter bij de vrijheid
Kan je weer lachen met hoofd op en stopt het gevecht
Het gevecht tegen onzekerheid en verstijving
Terwijl je lijf erbij was, niet weten wat waar is
Je beseft het nu, er is zoveel dat je hebt gemist
Je weet nu dat het werkelijkheid is..aaahhh die ontspanning
Wintervlokjes komen je tegemoet
Je hebt wind tegen en het is koud
Je kan het delen en je weet dat de ander er net zo van houdt
Dat is alles wat er nodig is, dezelfde knikker die je hebt ontmoet

Geplaatst

in

door

Tags: