Gedicht 40: “Verstikkende angst”

De verstikkende angst die sporen en diepe wonden heeft achter gelaten
Die mij doet schrikken, het liefst wil ik mijn lichaam verlaten
Die druk die ik op mijn borst voel
Die boosheid die ik in mijn ogen voel
Ik word onzeker door de signalen
Al die signalen die door mijn hoofd malen
Zijn goedaardig maar verwarrend
Ik zeg het is ok, ook al voel ik mijzelf verstarren
De verstikking gebeurt altijd onverwachts
Ik vraag er niet om, hoe hij of zij naar mij lacht
Het kan mij niet schelen, die nederigheid
Toch ga ik automatisch door in ijverigheid
Als perfect soldaat ben ik getraind om te dienen
Als er naar mij gekeken wordt dan stop ik met zingen
Ik verdwijn en wil wegvluchten, mij verstoppen
Ik voel mijn hart zakken, steeds minder hard kloppen
Alsof ik niets meer waard ben
Alsof ik mijzelf niet meer herken

Geplaatst

in

door

Tags: